Openingstocht Tour ’75 zondag 2 maart 2014

Openingstoch_tour75_2014

Veel beter dan vandaag heb ik het niet beleefd. De appeltaart was superieur. Krokante zijkant van boterig deeg, weldadig gevuld met stevige appelstukken, geserveerd met een mooie slagroomtoef met een krachtige draai, elke hap een lekkere beet, waarin het frisse sappige zuur van de appel om aandacht vecht met een mooie citroensmaak, sensationeel!

appeltaart_2014

Wat maakt nu dat het zo’n onvergetelijke belevenis is? Waarschijnlijk de eerste keer. Vandaag was het weer de eerste rit van het seizoen. Toen ik vanmorgen naar buiten keek, scheen de zon al. Echt uitnodigend! Afgelopen dinsdag had ik mijn wegfiets al even zelfstandig uitgeprobeerd, zonder De Groep. Ook toen was het al van dat frisse zonnige weer met een flinke bries. Donderdag bij het spinnen gonsde het al: heb jij al wat gedaan? Hoeveel heb jij al gereden? Ja, op de mountainbike, maar op de weg? Nog niks gedaan? En hier dan? O! Mijn fiets is pas terug van Björn. Frank heeft zijn fiets deze week pas opgehaald. Een stimulerende nervositeit.

Nou, ik had alles onder controle, vanmorgen. Rustig opgestaan, ontbijtje, toiletje, stretchpakje aan, hoeveel laagjes? Twee? – te koud. Drie? – misschien te warm. Nou, liever warm dan koud. Heb ik alles? Half negen, naar de fiets. Achterwiel oké, voorwiel ok.. o, nee, lek. Sh.. Nou, ik ben niet voor niets bandwisselkampioen 2011, tjak, wiel los, tsjop, band eruit… kom op, takkenband, geen beweging in te krijgen, grr, hmmpff, mm, los, reservebandje. Eh, die lagen toch altijd hier. Waar? Daar? Nou, dan dat oude ding dat ik al twee keer geplakt heb maar. Die mocht ik van Björn Vonk eigenlijk niet meer gebruiken: die bandjes kosten niks, man. Goed, die geplakte band erin, beetje druk, half erom, driekwart, bijna rond, kom op, dat laatste stukje, normaal gaat dat in een keer. Lukt niet. Dan de bandenlichter maar even. Een, twee, pfffff. Ja hoor, een gaatje. Sukkel… Wat nu? Geen reservebandjes meer. Dat wil zeggen, die liggen op een plek die ik me nu niet meer herinner. Dan maar met een lekke band een reservewiel uit de volgwagen halen? Reservewiel! Man, ik heb er zelf een hangen. Pakken,oppompen, inklemmen, en wegwezen. Nog net geen negen uur. Zie je wel, alles onder controle.

Wat een drukte bij de bibliotheek. Een kippenhok. Ongeveer 55 mannen en vrouwen aan de start, oude bekenden, nieuwe gezichten, afspraken met John in de volgauto, nieuwe fietsen of onderdelen werden bewonderd, en weer die bezweringen, je kent ze wel: ach, ik heb dit jaar al 500 kilometer in de benen, ik ben woensdag nog naar Zoutkamp gereden, achteloos. Piet legde het gekakel stil: we rijden in twee of drie groepen, eerst over Borgercompagnie, dan achter Wildervank naar Gieterveen, over Gasselternijveen en Borger naar Exloo. Daar stellen ook alle nieuwe gezichten zich voor. Kom, we gaan.

En daar gingen we. Naar het Den Uylplein, driekwart, naar de Vosholen, Borgercompagnie. Eindelijk tijd voor goede gesprekken. Het zonnetje gaf de tocht een Eftelinggevoel, gewoon er even lekker uit, naar het pretpark. Gelukkig stond er een straf tegenwindje, dat de koprijders echt wel liet werken. Anders werd het wel een erg softe bedoeling. De heenreis verliep voor de meesten zonder al te veel problemen. Een enkeling kon niet in het ritme komen, of reed lek. Een typisch moment maakte ik mee bij Bronneger. Melle reed lekker op de tweede plek in de achterste groep, toen hij ineens langzaam maar zeker een gat liet vallen. Het duurde even voordat ik het doorkreeg: hier lag een klein vals plat.

onderweg_2014

Het bleek lastig om in pakketjes van ongeveer twintig man te rijden. Je voelde dat een aantal mannen de drang niet konden onderdrukken om het gat dicht te rijden. Zelfs als er van achteren op gewezen werd, lukte het niet. Gelukkig kwamen we allen heelhuids aan bij het Wapen van Exloo. Het hele café stroomde vol. Rechts was geen stoel meer te krijgen, links was er nog wel een heerlijk diepe fauteuil beschikbaar. Harry en Jeroen waren er met de auto, en Robert was net te laat bij de bibliotheek, dus die kwam na een solorit van anderhalf uur twee minuten later binnen. Totaal 58 mannen en vrouwen, die zich tegoed deden aan de koffie, thee en appeltaart.

De wind was wat gedraaid naar het westen, zodat we op de terugweg ook nog wat weerstand hadden. De route liep nu als een acht over Buinen naar Gieterveen en Eexterveen, achter Annerveen langs, over Kiel-Windeweer naar huis. Het verdelen over groepen verliep op een heel sociale manier: achter in de staart zijn de tempowisselingen niet gemakkelijk te volgen. Sommigen moesten een gat laten vallen, anderen namen hun verantwoordelijkheid en lieten zich zakken. Zo doen wij dat bij Tour ’75: samen uit, samen thuis.

Bij de bibliotheek begreep ik van John dat er op de terugweg wel vijf banden lekgereden waren. Patrick heeft zelfs twee keer lekgereden. René was helemaal uitgelaten: ik laat me wel zakken! Lekker een gaatje dichtrijden. Toen ze weer aansloten keek Patrick alsof hij de geluidsbarriere had moeten doorbreken. ‘Lekker dichtrijden’ raakte volgens hem beslist niet zijn beleving.

Toen ik terugreed naar huis, dacht ik: alles is weer als vanouds. En toch weer nieuw. Zo kan ik wel een hele dag rijden. En even dacht ik: zal ik nu gewoon terugrijden naar Exloo. Voor nog zo’n stukje appelgebak?

Paul Mijland