Giro d’Italia 2014

Dit voorjaar besluiten Harrie Koops en Jellie Lageman een bezoek te brengen aan de Giro d’Italia 2014 in combinatie met het rijden van enkele tochten op de ATB. Hieronder het verslag van Jellie.

Harry_en_Jellie

Za. 24 mei; na het inladen van de fietsen en alle andere spullen in de door onze sponsor Harrie Oostland ter  beschikking gesteld busje was het; op naar Brixen, in Bella Italia.

Zo. 25 mei; Brixen, schitterend weer, 25 graden,  dus zoals gepland op de ATB van Brixen naar Bolzano v.v., bijna 100km over een deel van het  voormalige spoorwegtraject dat loopt van München naar Verona.  Het ene moment fiets je langs de snelstromende rivier, het volgende zit je in een lange donkere tunnel waar vroeger de stoomtreinen nog doorheen denderden. Het fietspad met de nodige klimmetjes tot 20% loopt door de dalengte van het Eickaltal en voert door het kunstenaarsstadje Klausen. Zachte heuvellandschappen en schaduwrijke bossen omringen de route naar Bolzano. Prachtige tocht met halverwege een kopje koffie op het terras in Bolzano om daarna op tijd terug te zijn in Bolzano en Fabian Aru op imposante wijze de etappe van die dag naar Plan di Montecampione te zien winnen.

Ma. 26 mei; Brixen, regen, regen en nog eens regen. Dus niet biken vandaag. Net als in de Giro die dag een rustdag. Dan maar – na het bezoek aan enkele mooie wielershops – met de auto de bergen in. Op naar Otisei en daar omhoog naar de top van de passo Sella op een hoogte van 2.240 meter waar nog een enorm pak sneeuw ligt. Dat belooft nog wat voor de Giro rit van morgen.

Di. 27 mei; Bolzano, vandaag naar de koninginnenrit van de Giro d’Italia 2014; de etappe van Ponte di Legno naar Val Martello in de Dolomieten. De rit die in de Giro van vorig geschrapt werd, vanwege hevige sneeuwval. Na 23 kilometer zullen de renners die dag al op 2.618 meter hoogte (Gavia) zijn, na 70 kilometer op 2.758 (Stelvio) en na 139 kilometer is het mooi geweest met de slotklim naar Val Martello op 2.059 meter. Totaal zal er die dag 60,5 km geklommen moeten worden. Ondanks het slechte weer waarin wij vertrekken uit ons onderkomen, willen we toch proberen zo dicht als mogelijk bij de finish te komen. Het regende nog harder als de dag ervoor en regen in het dal geeft meestal sneeuw in de bergen, dus dat kan nog wat worden vandaag. Als we bij het dal van Val Martello aankomen kopen we nog snel even een pluutje . Een Italiaanse bromsnor die bij de supermarkt staat probeert ons duidelijk te maken dat we niet helemaal naar boven kunnen en dat de pas verderop is afgesloten.  Wij begrijpen natuurlijk totaal niet waar hij het over heeft, stappen in de auto en gaan rechtsaf de klim op. We zien wel waar het schip strandt, is onze gedachte. Verderop staat een politieauto half op de weg. Niks aan het handje. Harrie kijkt voor de zekerheid maar even de andere kant op en rijdt rustig door. Halverwege de klim komen we in de stromende regen  toerfietsers achterop die zich op één van de steile gedeeltes naar boven proberen te wurgen. We moeten er even achter blijven in verband met tegemoetkomend verkeer. We rijden mooi door zo naar boven denken we, totdat er op 8 km onder de top plotseling een mooie Italiaans agente voor onze auto springt met beide armen zwaaiend omhoog. Had niet gehoeven hoor, we waren zo ook wel voor je gestopt. Ahum. Ze lacht lief naar ons en zegt dat we hier toch echt aan de kant moeten en als we verder willen kan dat alleen in de gereedstaande shuttlebusjes. Er kan nog 1 man bij in dit busje, zegt de chauffeur. Hmm, we schuiven wel wat in zeggen we. Hij knikt en wij stappen in. Harrie zit naast een Amerikaans stel uit San Francisco en ik achterin naast twee Italianen. Here we go. Mijn net geïnstalleerd hoogte app op mijn mobiel doet zijn werk naar behoren en de hoogtemeters tikken er soepeltjes bij op. We gaan rap naar de 1800 meter, de weg wordt steeds steiler en ons busje moet er nu echt tegen werken. Het wordt steeds smaller op de elkaar nu snel opvolgende haarspeldbochten en de vangrail van zeker 20cm hoog naast ons wekt ook al niet  te veel vertrouwen. De mist is opgetrokken tot aan de rand van de vangrail en je kunt de afgrond nog slechts sporadisch zien. De Italiaan naast me kijkt naar beneden, ziet in een oogwenk op mijn hoogtemetertje de 1900 meter aantikken en slikt. Op 1500 meter van de finish gaan we aan de kant; te steil en te smal in verband met het dalende verkeer. Alleen VIP busjes mogen nog verder rijden tot aan de finish. Wij moeten het laatste gedeelte te voet afleggen. Direct 14% omhoog tot aan 900 meter voor de finish. Daar is er een drukte van belang. Ha, hier is warme koffie te krijgen en niet onbelangrijk; de eerste live beelden zijn te zien op een tv. Het apparaat is aan het gebouwtje bevestigd, zoals je dat van Italianen mag verwachten: hoog in de lucht, schuin tegen de gevel in een bekistinkje die bijelkaar wordt gehouden door een sjorbandje en elk moment naar beneden kan ploffen. Geeft niks, we kunnen de koers volgen. Nog 120 kilometer  en de omstandigheden liegen er niet om. Misschien zelfs wel onverantwoord. Maar de Giro is nu één keer zo vroeg in het seizoen dat er nog een pak sneeuw kan vallen. De strijd is intussen goed losgebrand tussen de ijswallen en het hele veld ligt na korte afstand al helemaal uit elkaar. Tussen meters sneeuw door gaan de renners de afdaling in. Ondertussen komen er steeds meer tourrijders boven en staan  in korte broek naast ons met het kippenvel op de benen naar het tv’tje te kijken. Na nog een bakje koffie besluiten we ondertussen bij de finish te gaan kijken. Net voor de streep staat een groot restaurant, waar de hele meute verkleumd naar binnen gaat.

De uitbater had waarschijnlijk niet meegekregen dat er de afgelopen dagen een kompleet Giro finishdorp rond zijn  toko opgebouwd was. Hij staat er helemaal alleen voor en de tafels staan vol met lege glazen en kopjes. De klanten nemen zelf af en toe maar een stapeltje glazen mee naar de bar om toch nog een drankje te kunnen bestellen. Italianen en commercie gaan niet samen, blijkt maar weer eens. Eén mannetje erbij en hij had de omzet van het jaar kunnen draaien. De Amerikaan van het busje zit intussen aan een groot glas bier en buiten is de regen intussen over gegaan in natte sneeuw.  Ondertussen zijn er in een stel kletsnatte Italianen bij ons komen zitten die de klim per fiets naar de top hebben volbracht en met onderkoelingsverschijnselen een mok hete thee al klappertandend naar binnen laten stromen. Harrie drapeert zijn jas over één van de jongens heen, zodat hij toch nog een beetje op temperatuur kan komen. Grazie. Niente causa, you’re welcome.
Zelfs geen tv aanwezig hier, dus nog even een foto maken bij de finish en gauw terug naar de tv op 900 meter voor de finish. Het is er intussen al een stuk drukker geworden en de stemming zat er goed in. Tijd om wat te eten. De hoanepieten (worsten) worden in rap tempo warm gemaakt en lijken aan de kledij van de catering mannen te zien rechtstreeks te worden aangevoerd van een nabijgelegen noodslacht. Maar lekker zijn ze, helemaal bij 4 graden boven nul. De renners maken er ondertussen een geweldig spektakel van en menig coureur is intussen – na het vergeefs roepen om zijn moeder – hangend aan de ploegleiderswagen huilend afgestapt. De kopgroep is intussen aan de slotklim begonnen en aan de schaduwen van de renners te zien op ons beeldscherm, is zowaar de zon doorgebroken in het dal . Bij ons priemt er intussen ook een waterig zonnetje door de bewolking. Een klein groepje met Quintana, Rolland en Ryder Hesjedal rijdt iets vooruit. Laatstgenoemde lijkt het moeilijk te hebben – laat soms een gaatje vallen – maar vecht steeds dapper terug. Het is – verrassend – Rolland die als eerste van het trio moet lossen. Nog twee kilometer. Naar de weg? Nee, nog even bij de tv blijven. Ze zijn nog ver weg. Dan voor het aanzwellende geluid van het publiek, horen we de helikopter – die ons via de straalverbinding van de soms haperende tv beelden voorziet – dichterbij komen. Tsjiketsjiketsjike, het teken dat de kopgroep elk moment gaat verschijnen.

Snel naar de weg, waar Quintana en Hesjedal door de bomen heen al te ontwaren zijn. Quintana – stoïcijns kijkend als altijd – loopt meter voor meter langzaam weg bij Hesjedal. Come on Ryder, come on !!! You can do it. Nee dus, hij zit helemaal kapot en verbijt de pijn in zijn benen en verdwijnt om de hoek. Toch geweldig gereden. Vervolgens komt Rolland om de hoek op een dikke minuut en  twee minuten daar weer achter Wilco Kelderman. We schreeuwen onze Nederlandse klassementsrenner vooruit om hem toch nog iets dichter bij zijn grootste concurrent voor het klassement – Rolland – te krijgen. Kom op Wilcooooooo, ga door en ook hij verdwijnt langzaam uit beeld in het volgende bochtje rechtsaf. Dan zien we de andere toppers bijna over onze tenen rijden; Pozzovivo, Aru (toekomstig winnaar van grote rondes????) , Majka, Henao en de grote verliezer van de dag; Rigoberto Urán. Tenslotte Cadel Evans die harkend aan ons voorbij gaat en bijna vijf minuten aan de broek krijgt. Hmm, goed voor Kelderman die nu aardig op Evans inloopt in het algemeen klassement. Quintana krijgt intussen de bloemen en de kussen op het podium voor zijn dubbelslag; naast de winst in de etappe neemt hij ook het roze over van Urán. Wij lopen intussen gewoon midden op de weg naar beneden en de renners druppelen nu één voor één aan ons voorbij. Wat een slagveld. Ivan Basso komt aangereden en Harrie geeft hem nog even een drukkertje mee. Ivan kijkt me glazig aan en lijkt het verder wel prima te vinden. Het was zijn dag niet. Intussen komen de eerste renners die gefinisht zijn, goed ingepakt de berg af om de douche en de warmte op te zoeken van de teambussen die halverwege de klim staan. Dan weer komt er een groepje naar boven van een man of twintig en vervolgens blijft het heel lang rustig, totdat de grote groep langs komt op bijna 40 minuten achterstand. Ze doen het rustig aan en vertellen elkaar waarschijnlijk de laatste moppen, want er wordt zelfs nog gelachen door de mannen. Wij zijn intussen bij het shuttlebusje aangekomen waar we direkt in kunnen stappen om de terugreis te aanvaarden naar onze auto verderop. Nu de mist is opgetrokken zie ik pas de afgronden naast ons.  En het meertje dat ik net op tv zag, maar vanmorgen volledig aan ons voorbij ging, zie ik nu schitteren in een intussen felle zon. We zijn beneden en nemen afscheid van de Amerikaan en zijn vrouw. See you, bye. You liked it, vragen we nog even terloops? Yeah, nice stage, beautiful day man. Dat vonden wij ook, wat een dag en wat een schitterende en vooral heroïsche etappe.

Wo. 28 mei;  Bolzano; met de auto naar Otisei; de ATB in de cabine en naar boven met de kabelbaan. Nadat we bij de kassa de kaartjes hebben gekocht worden we opgewacht door een medewerker van de kabelbaan. De liftbediende is de rust zelve; hij neemt onze ticket aan, steekt deze voorzichtig in de stempelautomaat, neemt onze fietsen één voor één van ons over en zet ze behoedzaam  tegen de bank van de cabine alsof hij te maken heeft met het pluche interieur van de vroegere Yab Yum en nodigt ons dan met een armgebaar uit om plaats te nemen in de cabine. Hij zet ons op verzoek nog even op de foto, sluit de deuren en we suizen omhoog. Harrie is hier al vaak naar boven geweest, maar dan in de winter om te skieën. Boven aangekomen komt de heerlijke frisse berglucht ons tegemoet en zien we de besneeuwde, grillige toppen van de Dolomieten. Eerst maar een stukje omhoog fietsen. We komen nog grote plukken sneeuw tegen, die ondanks de warmte nog niet helemaal zijn gesmolten. Op sommige plekken ligt nog meer dan een meter sneeuw. Het is mooi fietsen op het plateau en we gaan via Compaccio op 1.850 meter hoogte naar de Laurinhütte op 2.009 meter.

We zien op een bord dat deze eigenlijk de volgende dag pas open gaat, maar de waard is best bereid ons een colaatje te serveren. We genieten van het fantastische uitzicht in het zonnetje en gaan vervolgens nog een stukje verder omhoog. Dan wordt het tijd om de windjackjes aan te doen, we gaan afdalen. En hoe. Via Compaccio gaan we in vliegende vaart naar Saltria op 1.690 meter om vervolgens het asfalt achter ons te laten en op een smal grindpad terecht te komen. Na nog een paar venijnig klimmetjes over een modderpad, waarbij we nog even twijfelen of dit wel goed komt, bereiken we al snel de top en gaat het via St. Cristina op 1.446 meter verder bergafwaarts over een schitterende asfaltweg met smalle haarspeldbochten richting Otisei op 1.236 meter. Jij daalt mij te hard, zegt Harrie. Je lijkt Barry Sheene wel. Dat was een motorcoureur uit de jaren 70 die altijd met zijn knietje over het asfalt ging, maar zo gek maak ik het niet.  Even later komen we bij ons busje en bij het inladen van de fietsen komt er een grote groep toeristen aan ons voorbij. Of wij met de ATB boven zijn geweest, vragen ze in het Engels. Jazeker. Where are you from, vraagt Harrie. Israël, antwoord de vrouw. Ok, and you?  Holland. Holland? Ahh, viva Olanda. Het ijs is direkt gebroken. Alles wordt aan de kant gezet en de dames moeten en zullen met ons op de foto. De mannen staan morrend de camera’s te bedienen. Als even later de volle bussen vertrekken zwaaien wij ze uit en de hele bus zwaait terug. Haha. Terug naar Bolzano, nog even wielrennen kijken op tv. We zien Stefano Pirazzi de etappe winnen. Hij komt uit een omvangrijke kopgroep die de zegen krijgt van de klassementsrijders, die het na de zware etappe van een dag eerder wel geloven. ’s Avonds nog even Bolzano in voor een biertje tussen de locals. Bij een kleine bar zit iedereen buiten op een krukje te genieten van de heerlijke temperatuur en de marktkramen – die hier altijd blijven staan  – doen na toevoeging van een handig metalen plaatje op de rand van de kraam dienst als tafeltje. Perfetto.

Do. 29 mei; we zijn intussen aangekomen in Riva del Garda en gaan voor een tochtje richting Arco. Eerst langs de camping waar Eddy Schreijer al sinds mensenheugenis  zijn kipcaravan in de bouwvak neerploft,  om vervolgens linksaf naar boven af te draaien, de eerste klim op van de fantastische Marocche ATB route. Eddy, je kent hem vast nog wel. Na 45km geloven we het wel. Morgen wacht onze koninginnenrit. In de Giro zien we   onder het genot van een biertje Arredondo die dag de etappe winnen.

Vr. 30 mei: De zon is er al vroeg bij, dus ideaal weer voor onze tocht van vandaag. We gaan vandaag de Ponale fietsen, één van de zware ATB routes hier in deze omgeving. Vanuit Riva del Garda, linksaf langs het meer om daarna rechtsaf direkt 20% voor de kiezen te krijgen en vervolgens een mooie klim van 13 km over wat vroeger de enige verbindingsweg was hier naar de andere kant van de berg en nu alleen nog gebruikt mag worden door fietsers en wandelaars. Het asfalt is er helemaal afgehaald en vervangen door grind. Op de steile stukken dus gewoon blijven zitten, want ander slipt je achterwiel door. Fantastische route langs diepe afgronden en door onverlichte tunnels. Op de verderop gelegen haarspeldbochten – waar wel gewoon asfalt ligt – heb je een fantastisch uitzicht over het Gardameer en waar een fotomomentje niet mag ontbreken.  We moeten thuis natuurlijk wel laten zien dat we gefietst hebben. Boven aangekomen een cappucinootje en vervolgens een rondje om het Lago di Ledro. Daarna kun je nog een stukje omhoog, maar daar volgt volgens Harrie een afdaling op met veel stenen. Dus maar gewoon dezelfde weg terug. Ook geen half werk. Het gaat op de steile gedeeltes hier direct bloedjehard downhill en door de vele bochten en tegemoetkomende fietsers uitkijken dat je niet  te enthousiast wordt, want je gaat zo over het randje. De afdaling is zoals altijd veel te snel voorbij en we rijden rechtstreeks een terras op in Riva. We zijn niet de enigen die er zo over denken. De fietsers komen nu aan het eind van de middag werkelijk uit alle hoeken en gaten van Riva en omstreken.  In een mum van tijd zitten alle terrassen overvol en wordt er volop genoten van pizza, pasta en bier. Mooi sfeertje en de ATB’s staan rijendik tegen elkaar aan geleund bij een gebrek aan fietsenrekken op het plein.
Quintana wint die dag de klimtijdrit op de Monte Grappa voor Fabio Aru en Rigoberto Urán. Wilco Kelderman had geen werelddag, maar blijft desondanks keurig achtste in het klassement.

Za. 31 mei; Onze laatste dag in Riva del Garda, want morgen alweer naar huis. Voor het thuisfront – zoals ons lid Eddy Kielman het altijd noemt – nog even langs een mooie wijnboerderij voor een plaatselijk Trentino vino. We lopen – uiteraard in tour 75 tenue, want er moet nog gebiked worden – de zaak binnen. De Italiaanse klanten lopen rond met 5 liter jerrycans en lopen direct door achteren waar de vaatjes worden afgetankt als ware het een heus benzinestation. Pingpingping. Wij hebben intussen ook een wijntje gevonden en vragen of we de Chardonnay kunnen proeven. Dat is geen probleem, dus worden er twee mooie glazen voor onze neus neergezet. Harrie kijkt bedenkelijk als de beste man de glazen voorzichtig vult en gooit al zijn kennis en expertise voor wat betreft de Italiaanse vino er tegenaan, laat de wijn eerst even goed rond gaan in het glas, snuift de heerlijke geur op, nipt er even aan, ruikt nog één keer en gooit hem bij de volgende teug in één keer achterover. Hèhè. Die van mij was al lang leeg, dat voorspel duurde mij allemaal veel te lang. Hmm, niet slecht zegt Harrie. Nee, dat wist ik al. Doe maar vier, zegt Harrie. Vier flesjes, vraagt de man? Nee, vier doosjes natuurlijk. Sisi, signore. Goed, inpakken en wegwezen.
Terug naar Arco, waar we de fietsen uit ons busje halen en nog een keer de Marocche route gaan doen. Onze laatste dag op de ATB hier, dus we doen hem nu all the way tot aan het dorpje Pietramurata en terug. Ook hier het eerste gedeelte alleen maar grindpaden op en af met als uitsmijter – na een stukje afdaling – plotseling nog een heftig klimmetje. Mijn ketting valt als bij toeval tijdens het terugschakelen – zowel voor als achter – precies goed op de tandwielen en ik kan in één keer door stampen. Harrie heeft minder geluk, verschakelt zich volledig en valt pardoes om. Voordat je dan weer op gang bent, ben je even verder. Even later komt ook Harrie boven en is het vanaf  hier grotendeels naar beneden en de laatste 20km richting Arco gaat weer over een deel van het beroemde fietspad van München-Verona met ook op dit deel weer klimmetjes en afdalingen tot 20%. Mooi hoor. Teruggekomen in Arco ploffen we neer op een terras en bestellen een groot glas bier met een panini. Pfff.

Het is intussen bloedheet geworden. Dan snel terug naar ons onderkomen om de laatste kilometers te zien van de voorlaatste Giro rit, welke die dag  naar de gevreesde Monte Zoncolan zal gaan. Michael Rogers van Tinkoff-Saxo stelt zijn tweede zege veilig in deze Giro nadat hij alleen aan kop van de wedstrijd was gekomen doordat zijn medevluchter Francesco Bongiorno door een al te opdringerige fan zodanig hard werd geduwd dat hij gewoon van zijn zadel af gleed en uit zijn pedaal schoot. Quintana komt op korte afstand binnen en zal zonder noemenswaardige tegenslag zijn eerste grote ronde gaan winnen, na zijn tweede plaats in de Tour de France van 2013. Wilco Kelderman boekt nog een plaatsje winst in het klassement en zal als 7e eindigen in deze uitgave van deze Giro d’Italia. Grote klasse.

Zo. 1 juni; om vijf uur opstaan, snel douchen, broodje en de auto in naar huis. Harrie is jarig vandaag, dus dat moet thuis nog even gevierd worden. Bijna 1300km voor de boeg. Al met al een fantastische week gehad in ons favoriete vakantieland. Elke dag op steeds weer een andere manier bezig met je grote hobby; wielrennen. Om kwart voor zeven weer thuis bij de dames. En, was het leuk? Nog wat beleefd? Waar zijn jullie allemaal geweest? Hoe was Bolzano? Was het druk in Riva? Eh, jah, nou, pff, heb je even……………..

Due Pinte

DSC01827

P1040532

DSC01824

P1040508

DSC01883

DSC01885

P1040536